Product SiteDocumentation Site

Hoofdstuk 4. Installatie

4.1. Installatie Methoden
4.1.1. Installeren vanaf een CD-ROM/DVD-ROM
4.1.2. Opstarten vanaf een USB stick
4.1.3. Installeren d.m.v. Netwerk Opstarten
4.1.4. Andere Installatie Methoden
4.2. Installeren, Stap voor Stap
4.2.1. Opstarten en het Installatieprogramma Starten
4.2.2. De taal selecteren
4.2.3. Het land kiezen
4.2.4. De toetsenbord lay-out kiezen
4.2.5. Hardware Detecteren
4.2.6. Onderdelen Laden
4.2.7. Netwerk Hardware Detecteren
4.2.8. Het Netwerk Configureren
4.2.9. Beheerders Wachtwoord
4.2.10. De Eerste Gebruiker Creëren
4.2.11. Configuratie van de Klok
4.2.12. Schijven en Andere Apparaten Detecteren
4.2.13. Het Schijfindelings Gereedschap Starten
4.2.14. Het basissysteem Installeren
4.2.15. De Pakket Beheerder (apt) configureren
4.2.16. Debian Pakketten Populariteits-Wedstrijd
4.2.17. Pakketten selecteren voor Installatie
4.2.18. De GRUB Opstartlader Installeren
4.2.19. De Installatie Beëindigen en Opnieuw Opstarten
4.3. Na de eerste keer Opstart
4.3.1. Extra Software Installeren
4.3.2. Het Systeem Upgraden
Om Debian te gebruiken moet je het installeren op een computer; deze taak wordt verzorgd door het debian-installer programma. Een goede installatie vraagt vele handelingen. Dit hoofdstuk bespreekt ze in hun chronologische volgorde.
The installer for Buster is based on debian-installer. Its modular design enables it to work in various scenarios and allows it to evolve and adapt to changes. Despite the limitations implied by the need to support a large number of architectures, this installer is very accessible to beginners, since it assists users at each stage of the process. Automatic hardware detection, guided partitioning, and graphical user interfaces have solved most of the problems that newbies used to face in the early years of Debian.
Installation requires 128 MB of RAM (Random Access Memory) and at least 2 GB of hard drive space. All Falcot computers meet these criteria. Note, however, that these figures apply to the installation of a very limited system without a graphical desktop. A minimum of 1 GB of RAM and 10 GB of hard drive space are really recommended for a basic office desktop workstation.

4.1. Installatie Methoden

Een Debian systeem van geïnstalleerd worden vanaf verschillende soorten media, zolang de BIOS van de machine dit toestaat. Je kan bij voorbeeld opstarten vanaf een CD-ROM, een USB stick of zelf via een netwerk.

4.1.1. Installeren vanaf een CD-ROM/DVD-ROM

De meest gebruikte methode van installatie is van een CD-ROM (of DVD-ROM, welke zich precies hetzelfde gedraagt): de computer wordt opgestart van die medium en het installatieprogramma neemt het over.
Various CD-ROM families have different purposes: netinst (network installation) contains the installer and the base Debian system; all other programs are then downloaded. Its “image”, that is the ISO-9660 filesystem that contains the exact contents of the disk, only takes up about 150 to 280 MB (depending on architecture). On the other hand, the complete set offers all packages and allows for installation on a computer that has no Internet access; it requires around 16 DVD-ROMs (or 4 Blu-ray disks). There is no more official CD-ROMs set as they were really huge, rarely used and now most of the computers use DVD-ROMs as well as CD-ROMs. But the programs are divided among the disks according to their popularity and importance; the first disk will be sufficient for most installations, since it contains the most used software.
Er is nog een laatste type van beeld, gekend als mini.iso, welke enkel beschikbaar is als een bij-product van het installatieprogramma. Het beeld bevat enkel de minimum die nodig is om het netwerk te configureren en al het andere wordt gedownload (zelfs inclusief delen van het installatieprogramma zelf, dit is waarom dit soort beeld de neiging heeft kapot te gaan wanneer een nieuwe versie van het installatieprogramma is vrijgegeven). Deze beelden kunnen gevonden worden op de normale Debian spiegels onder de dist/vrijgave/main/installer-arch/current/images/netboot/ directory.
To acquire Debian CD-ROM images, you may, of course, download them and burn them to disk. You may also purchase them, and, thus, provide the project with a little financial support. Check the website to see the list of DVD-ROM image vendors and download sites.

4.1.2. Opstarten vanaf een USB stick

Omdat de meeste computers kunnen opstarten van USB apparaten kun je Debian ook installeren vanaf een USB stick (dit is niets meer dan een kleine flash-geheugen disc).
De installatie handleiding legt uit hoe een USB stick te maken die de debian-installer bevat. De procedure is heel simpel omdat ISO beelden voor i386 en amd64 hybride beelden zijn die kunnen opstarten vanag een CD-ROM en van een USB stick.
You must first identify the device name of the USB key (ex: /dev/sdb); the simplest means to do this is to check the messages issued by the kernel using the dmesg command. Then you must copy the previously downloaded ISO image (for example, debian-10.0.0-amd64-netinst.iso) with the command cat debian-10.0.0-amd64-netinst.iso >/dev/sdb; sync. This command requires administrator rights, since it accesses the USB key directly and blindly erases its content.
A more detailed explanation is available in the installation manual. Among other things, it describes an alternative method of preparing a USB key that is more complex, but that allows to customize the installer's default options (those set in the kernel command line).

4.1.3. Installeren d.m.v. Netwerk Opstarten

Veel BIOS-en staan het opstarten rechtstreeks van een netwerk toe, door de kernel en een minimal bestandssysteem beeld te downloaden. Deze methode (Welke verschillende namen heeft zoals PXE of TFTP boot) kan een godsgeschenk zijn als de computer geen CD-ROM lezer heeft of als de BIOS niet van de zulke media kan opstarten.
Deze installatie methode werkt in twee stappen. Eerst, terwijl de computer opstart, stuurt de BIOS (of de netwerk kaart) een BOOTP/DHCP verzoek om automatisch een IP adres te krijgen. Wanneer een BOOTP of DHCP server een antwoord geeft, bevat het een bestandsnaam en netwerk instellingen. Na het netwerk geconfigureerd te hebben stuurt doe cliënt computer een TFTP (Trivial File Transfer Protocol) verzoek voor een bestand wiens naam eerder was aangegeven. Eenmaal dit bestand beschikbaar is, wordt het uitgevoerd als ware het een opstartlader. Deze start dan het Debian installatieprogramma, welke wordt uitgevoerd alsof het draaide vanaf de harde-schijf, een CD-ROM of een USB stick.
All the details of this method are available in the installation guide (“Preparing files for TFTP Net Booting” section).

4.1.4. Andere Installatie Methoden

When we have to deploy customized installations for a large number of computers, we generally choose an automated rather than a manual installation method. Depending on the situation and the complexity of the installations to be made, we can use FAI (Fully Automatic Installer, described in Paragraaf 12.3.1, “Fully Automatic Installer (FAI)”), or even a customized installation DVD with preseeding (see Paragraaf 12.3.2, “Preseeding Debian-Installer”).